Medisch onderzoek in de WIA

Als u een aanvraag voor een WIA-uitkering heeft ingediend en het UWV acht een medisch onderzoek nodig dan bent u verplicht daaraan mee te werken (art. 46a WIA). Doet u dat niet dan komt u logischerwijs niet in aanmerking voor een uitkering. Wat houdt een dergelijk onderzoek in? Wat kan en mag van u worden verwacht en hoe kunt u zich het beste voorbereiden op het onderzoek? Deze vragen zullen in deze bijdrage worden besproken.

Onderzoek door een verzekeringsarts

Na uw WIA-aanvraag wordt u uitgenodigd voor een gesprek/spreekuur bij een verzekeringsarts van het UWV. De  verzekeringsarts onderzoekt uw lichamelijke en psychische klachten. Hij beoordeelt aan de hand van uw medische beperkingen wat u nog wel en wat u niet meer kunt doen. De verzekeringsarts bekijkt eveneens of uw klachten tijdelijk of blijvend zijn. Daarbij vraagt hij naar uw dagelijkse bezigheden, zoals uw hobby’s, huishoudelijke taken en contacten met familie en vrienden. Indien nodig zal hij een lichamelijk onderzoek verrichten. In sommige gevallen zal de verzekeringsarts nadere informatie inwinnen bij uw huisarts of behandelaar. Aan de hand van het onderzoek wordt de zogenaamde ‘functionele mogelijkheden lijst’ (FML) opgesteld.

Hoewel het onderzoek door een geregistreerde verzekeringsarts uitgevoerd moet worden, komt het geregeld voor dat u wordt gezien door een arts die niet is geregistreerd als verzekeringsarts. Dit kan als een verzekeringsarts het rapport van deze arts beoordeelt. De verzekeringsarts moet dan wel de beschikking hebben gehad over het gehele dossier en hij moet het rapport mede hebben ondertekend (zie ECLI:NL:CRVB:2018:431 en ECLI:NL:CRVB:2014:39).

In de bezwaarprocedure ligt dat echter anders. Bij arbeidsongeschiktheidszaken dient in de bezwaarfase namelijk een volledige heroverweging plaats te vinden. Als er in de primaire fase geen spreekuurcontact is geweest met een geregistreerde verzekeringsarts dan moet u in de bezwaarfase wel door een verzekeringsarts bezwaar en beroep tijdens een spreekuurcontact worden onderzocht. Hiervan kan alleen worden afgezien als blijkt dat een spreekuurcontact geen toegevoegde waarde zou hebben. De verzekeringsarts bezwaar en beroep moet dan wel goed motiveren waarom daar volgens hem sprake van is  (zie ECLI:NL:CRVB:2021:1491).

Verplicht meewerken aan het onderzoek

Zoals al uiteengezet, bent u verplicht mee te werken aan het medisch onderzoek. Doet u dat niet dan wordt de aanvraag voor een WIA-uitkering afgewezen. Deze verplichting reikt ver. Zo is het niet voldoende dat u enkel gehoor geeft om op het spreekuur bij de verzekeringsarts te verschijnen. Van u wordt een actieve inbreng verwacht.  U zult niet alleen de vragen van de verzekeringsarts moeten beantwoorden. Ook in het geval als blijkt dat iemand onderpresteert of geen juiste voorstelling van zaken geeft, is er sprake van het niet meewerken aan het onderzoek (zie ECLI:NL:CRVB:2017:3131).

Als de verzekeringsarts vindt dat een medisch expert verder onderzoek moet verrichten dan zal aan dat onderzoek moeten worden meegewerkt. U mag geen voorwaarden verbinden aan dat onderzoek. Het is nu eenmaal de taak van een verzekeringsarts om op basis van zijn expertise te bepalen welk onderzoek en welke vraagstelling noodzakelijk zijn om tot een goede beantwoording van zijn onderzoeksvraag te kunnen komen. Dit betekent dat de uitoefening van deze bevoegdheid door de rechter terughoudend wordt getoetst (zie: ECLI:NL:RBAMS:20160). Het gaat zelfs zover dat ook een (klinische) opname van enkele dagen aan de orde kan zijn als dat volgens de verzekeringsarts nodig is. (zie ECLI:NLCRVB:2018:2231 en ECLI:NL:CRVB:2018:93).

Maakt u bezwaar en geeft u overigens tijdens de hoorzitting toch te kennen dat u nu wel bereid bent om mee te werken aan een door de verzekeringsarts noodzakelijk geacht nader onderzoek dan zal dat door het UWV dat in ieder geval alsnog moeten worden besproken (zie ECLI:NL:CRVB:2018:518).

Overigens ziet de verplichting om mee te werken aan een medisch onderzoek door medisch expert alleen op de primaire fase en de bezwaarfase. Als de rechtbank een medisch deskundige inschakelt en het UWV wil een andere deskundige inschakelen om het expertise rapport te ontkrachten dan hoeft u daar niet aan mee te werken (zie ECLI:NL:CRVB:2017:1311).

Tips voor de praktijk

Het is zaak u goed voor te bereiden op het gesprek met de verzekeringsarts. Schrijf van te voren op tegen welke problemen u in het dagelijks leven aanloopt door uw ziekte. Welke dingen kunt u wel en niet meer doen? Van wie u hulp nodig heeft en krijgt om uw dagelijkse dingen te kunnen blijven doen. Geef zoveel mogelijk concrete voorbeelden. Beschrijf hoe uw dag eruitziet. Beschrijf een goede dag en een slechte dag en geef aan hoe vaak die voorkomen. Vraag aan uw arts(en) en behandelaars om uw (medische) situatie te beschrijven. Neem dit mee naar het gesprek. Neem ook een overzicht mee van de medicijnen die u gebruikt en vertel of deze helpen of dat u bijwerkingen ervaart. Vraag indien nodig de verzekeringsarts dat hij informatie opvraagt bij uw arts(en) en of behandelaars en dat dit nodig is om een goed beeld te kunnen krijgen van uw klachten en beperkingen. De verzekeringsarts  is overigens niet verplicht om informatie op te vragen.

Neem bij vragen over uw ZW- of  WIA-keuring contact op met Kadanz Advocaten. Heeft u een beslissing ontvangen van het UWV over uw arbeidsongeschiktheid en bent u het niet mee eens dan kunt u ook contact opnemen. mr. Pieter van der Meulen voert regelmatig bezwaar- en beroepsprocedures tegen besluiten van het UWV. Hij is aangesloten bij de specialistenvereniging SSZ Advocaten.